West kust
#1
Die vroege ochtend flits het licht diverse malen via het kleine raampje de kamara binnen.
Buiten spookt het getuige de donderslagen die volgen op de  lichtflitsen.
Ik tel  de seconden 8, 9 de tijd tussen de flits en de donder duurt lang dus het onheil is nog ver weg.
Tijdens het ontwaken die morgen regent het zacht en ik denk wandelen zou nog kunnen.
De diep donkere lucht die uit het westen komt beloofd niet veel goeds voor deze dag.
Nog voor het onheil zich over de bewoners van het dorpje Potamos kan uitspreiden, doen we voor de zekerheid toch maar even de regenjacks aan voordat we op weg gaan voor het verse brood.
Het wordt donker en het lijkt alsof de nacht de morgen gaat verdringen.
Het regent nog steeds zacht maar de bliksem en donder zijn ineens wel heel dichtbij, tellen heeft geen zin de klappen gaan snel en hard.
De weinige bewoners die buiten zijn, ik schat een man of 10 schuilt tegen de regen en de donder onder het afdak op het plein.
Verbaasd worden wij gadegeslagen, de kans dat de bliksem dicht bij de grond inslaat is 1 op 10 en die tien staan op het plein, wij zijn nummer 11 en 12 dus zijn volkomen veilig.
Doch versnel ik even de pas om bij de bakker te komen.
Na de bakker even langs het kantoor van de wandelgids, we zouden gaan wandelen dus........
De Hel breekt los, bliksem en donder hebben de handen ineen geslagen en het regent hard, heel hard.
We schuilen in het kantoor en ik vraag waar blijf je nou, we zouden gaan wandelen!
"Nou zeg" antwoordt de gids.
De mededeling dat het vanmiddag opklaart vind ik niet echt geloofwaardig, we gaan op weg naar de Pyrgos, de steegjes zijn opnieuw het toonbeeld van riviertjes of zeg maar liever wildwaterstromen.
Ik moet goed uitkijken want er stroomt gewoon een baksteen voorbij, de kracht van het water is enorm, alles spoelt mee wat geen grip heeft.
In een stukje van 150 meter zijn we desondanks de regenkleding doorweekt tot op het bot, zelfs de onderbroek kan uit.....of kwam dat nu door de angst.
Het regent hard en lang, de bewolking tovert met het landschap, eerst mist dan weer wegtrekkende bewolking.
Het internet ligt eruit dus mijn verhaal kan ik nog niet plaatsen.
Rond de klok van een draait ineens iemand de kraan dicht, stopt het met regen en begint de zon te schijnen....heel bizar.
Ik zeg " kom op, we gaan nog effe wandelen".
13.15 uur lopen we via de nauwe steegjes richting het kerkhof net buiten het dorp.
Er is nieuwbouw in het dorp, tussen de oude mooie huisjes heeft een of andere gek een hotel gebouwd, modern met grote ramen.
Het past totaal niet in het straatbeeld van het dorp, ik ga er dan ook geen foto's van maken.
De Tsipouro stoker is druk aan het werk, de vriendelijke bakkersjongen stookt uit de droesem de sterke drank.
Voorbij het kerkhof lopen we de dalende weg in richting de westkust, het wordt warm en voor de zoveelste keer kunnen de kleren uit.
Opvallend zijn in deze periode de vele kleine vogeltjes, zo weet ik nu dat de kleine vliegenvanger en de Tjiftjaf volop aanwezig zijn.
Zo ook de jagers, de roofvogels die achter hun soortgenoten aan zitten alsmede de zwaarbewapende Griekse special forces die gekleed zijn in camouflage kleding en bewapend met hagelgeweren de kleine vogeltjes het leven zuur maken.
Overigens niet alleen het gevogelte maar ook ons als wandelaar want de kunststof patronen dumpen ze gewoon in de vrije natuur.....geen enkel probleem en ze hebben er veel nodig, zo te  zien schieten ze nog al eens mis!
Het dalende pad ligt vol met plassen.
Het uitzicht naar het dorp Riza met de hoogste berg van het eiland is mooi, de bewolking hangt er laag en ik ben bang dat Riza vandaag geen zon ziet.
Hier en daar duiken we even een oude ruine in om er even te kijken, niet veel soeps.
Het pad daalt naar mate we de kust bereiken steeds steiler, het is warm, straks wordt het heet.
Vanaf een boerderijtje horen wij t blaffen van een hond, niet aangelijnd dus ik ben op mijn hoede en kijk in het rond voor enig wapentuig om ons te verdedigen.
Als het viervoetertje in beeld komt schiet ik in de lach, een klein hondje, ras ik weet t niet, volgens mij zo een Pim Fortuyn exemplaar.
Mocht hij echt agressief worden dan zal de maat 44 die aan mijn voet zit ruim voldoende zijn om hem naar de Peloponessos te doen vliegen.
Zo ver komt het niet,  hij houd afstand, heeft waarschijnlijk de maat van mijn schoenen begrepen.
Hier hoog boven de kust houd het pad op, eronder ligt ergens een klein strand maar ik weet dat het onbereikbaar is.
Als ik verder wil kijken, wordt ik gewaarschuwd.
"Hou er even rekening mee dat het half vier is, we zijn ruim twee uur aan t wandelen".
Ze heeft gelijk, de weg terug stijgt tot  het kerkhof dus we hebben meer tijd nodig voor de terugweg.
Rond half zes wordt t donker dus we moeten echt aan de terugweg gaan beginnen.
Het gaat traag maar gestaag omhoog, het is ondanks de winterperiode gewoon zweten.
Vanuit het dorp Petrouni links van ons komt wederom de zware bewolking aan kruipen, doch houden we het de verdere dag droog en als we bij het kerkhof aankomen schijnt het zonnetje ons weer in de rug.
05112016jv
Quote


Ga naar forum:


Gebruikers die deze discussie lezen: 2 gast(en)