05 December 2018, 08:51
Sinterklaas = Ο Άγιος Νικόλαος
Η γιορτή του Αγίου Νικολάου = Het feest van Sint - Nicolaas
Je ziet dat in de zin: ‘Het feest van Sinterklaas’, de tweede naamval wordt gebruikt.
De tweede naamval (η γενική) geeft een bezit aan: -> van. Het feest van de Heilige/Sint van Nicolaas.
Ο wordt του, Άγιος wordt Αγίου en Νικόλαος wordt Νικολάου.
O Άγιος Νικόλαος wordt του Αγίου Νικολάου.
Let op de klemtoon die in de tweede naamval verspringt.
Mannelijke woorden die eindigen op -ος met drie lettergrepen, die het accent op de derde lettergreep van achteren hebben, krijgen in de tweede naamval enkelvoud het accent op de tweede lettergreep van achteren.
Ο Άγιος - του Αγίου = de heilige - van de heilige Νικόλαος - του Νικολάου = Nicolaas - van Nicolaas
Ο άνθρωπος - του ανθρώπου = de mens - van de mens
Ο άγγελος - του αγγέλου = de engel - van de engel
Andere voorbeelden van mannelijke woorden op -ος in de tweede naamval zijn:
(Ο θείος) Το σπίτι του θείου μου είναι εδώ. = Het huis van mijn oom is hier.
(Ο γιος) Αυτό το βιβλίο είναι του γιου μου. = Dit boek is van mijn zoon.
(Ο Παύλος) Πάω στο πάρτι του Παύλου. = Ik ga naar het feestje van Paul.
(Ο δρόμος) Είμαι ένας καλλιτέχνης του δρόμου. = Ik ben een straatkunstenaar. Ik ben een kunstenaar van de straat.
Η γιορτή του Αγίου Νικολάου = Het feest van Sint - Nicolaas
Je ziet dat in de zin: ‘Het feest van Sinterklaas’, de tweede naamval wordt gebruikt.
De tweede naamval (η γενική) geeft een bezit aan: -> van. Het feest van de Heilige/Sint van Nicolaas.
Ο wordt του, Άγιος wordt Αγίου en Νικόλαος wordt Νικολάου.
O Άγιος Νικόλαος wordt του Αγίου Νικολάου.
Let op de klemtoon die in de tweede naamval verspringt.
Mannelijke woorden die eindigen op -ος met drie lettergrepen, die het accent op de derde lettergreep van achteren hebben, krijgen in de tweede naamval enkelvoud het accent op de tweede lettergreep van achteren.
Ο Άγιος - του Αγίου = de heilige - van de heilige Νικόλαος - του Νικολάου = Nicolaas - van Nicolaas
Ο άνθρωπος - του ανθρώπου = de mens - van de mens
Ο άγγελος - του αγγέλου = de engel - van de engel
Andere voorbeelden van mannelijke woorden op -ος in de tweede naamval zijn:
(Ο θείος) Το σπίτι του θείου μου είναι εδώ. = Het huis van mijn oom is hier.
(Ο γιος) Αυτό το βιβλίο είναι του γιου μου. = Dit boek is van mijn zoon.
(Ο Παύλος) Πάω στο πάρτι του Παύλου. = Ik ga naar het feestje van Paul.
(Ο δρόμος) Είμαι ένας καλλιτέχνης του δρόμου. = Ik ben een straatkunstenaar. Ik ben een kunstenaar van de straat.