13 June 2022, 19:35
“What are you coming to do this morning?” Vraagt Maria van Porto Bello mij iets over negenen deze maandagmorgen.
“ I want 2 beer and 3 ouzo”
Ze lacht en daarna vraag ik om het ontbijt.
2 spiegeleieren, 2 jus, 1 koffie, 1 fraphe, een sandwich en 4 bussen met Griekse toeristen die waarschijnlijk weer vertrekken.
Nu al? Ja geen idee ik zag ze klaar staan met de koffers..
De rust lijkt wedergekeerd in het dorpje aan de kust, de mussen bedelen om het koekje wat ik bij de koffie krijg en in zee zie ik de vissen zwemmen.
Wat gaan we doen vandaag? Nou iets van een kloof in, althans en dat zeg ik er maar gelijk bij … proberen en ik ben er al geweest ….dus…
Via Fratsia rij ik richting Mitata en net voorbij de brug over de kloof zet ik de auto op een onverhard pad aan de kant.
Alles om en gaan maar weer.
Nu is er aan deze zijde van de brug een akkertje met fruitbomen, daar begint onze eerste poging om in de kloof te geraken, echter het muurtje waar we vanaf moeten is anderhalf keer mijn lengte.
Nu is dan niet zo een probleem maar als we straks niet verder kunnen in de kloof…. Kom ik er niet meer uit.
Ik loop het hele akkertje langs de kloof stroomopwaarts en begin lichtelijk geïrriteerd te raken…. Stopt het avontuur dan nu al?
We geven nog niet op want misschien is aan de andere zijde wel een mogelijkheid om in de kloof te geraken
We steken de brug over in de richting van Viaradika.
Na de brug gelijk rechts en ja hoor, direct rechts iets wat vroeger een pad was en ik zie zo waar de bedding van de rivier.
We laten ons zakken en staan onder de brug die veel hoger is dan hij lijkt als je erover gaat.
Een hoge boogbrug die ook nog eens mooi is, jammer dat van deze schoonheid van bovenaf niets terug te zien is door de vele begroeiing.
Ook is er nog een klein huisje te zien tegen de brug aangebouwd, of dit ooit een watermolen was of het huisje van de brugwachter?
We beginnen met goede moet stroomafwaarts.
Die moet wordt naar een tiental meters al wat minder, bamboe en dan overdwars, ja vraag mij niet waarom maar we moeten er echt doorheen.
Het is droge bamboe maar toch iets van 10 a 15 stokken die door de midden moeten om er door te kunnen, het lukt.
Het is nog redelijk te doen al zie ik alweer dat er een klein riviertje van bloed over mijn onderbeen gaat.
Weer struiken en afval veel afval, een slechte Griekse gewoonte om je afval maar gewoon in een kloof te dumpen.
We komen niet ver en maken rechtsomkeert als ik bedenk dat ik niet nog meer plasma wil verliezen.
Het is toch wel een inspanning geweest en om nu te zeggen dit was mooi, nee! Het zal verderop wel meer open worden maar met korte broek heb ik er echt geen zin in…… misschien iets voor een winter bewapent met een schaar.
De zon schijnt niet echt, het is iets van 25 graden maar het is benauwd, klam en terug op de brug zweten we enorm, zelfs mijn korte spijkerbroek wordt langzaam nat.
Kwart over elf, het is nog vroeg als we een pad nemen wat in eerste instantie evenwijdig met de kloof loopt richting het zuiden.
Het pad daalt heel langzaam en slingert dan weer van de kloof af en dan weer er naar toe.
Een andere mogelijkheid om in de kloof te geraken zien we niet.
Als we op het zelfde level zijn als de rivier kijk ik achterom… zou dat misschien….. ik hou wijs mijn mond want ik weet bij voorbaat het antwoordt al.
We kiezen een verkeerd pad en gaan deels weer terug.
Ik zoek de ingang van dezelfde rivier maar dan even stroomafwaarts
We zijn er al een aantal keren eerder geweest maar ik heb geen idee meer totdat ik het pad herken… kom op hierin.
Ja dit is m ik zie de fel gekleurde bloemen al in de kloof al staan.
We stappen de droge beding in en wandelen over de keitjes die langzaam aan plaats maken voor keien en tenslotte rotsblokken.
We kennen de weg en weten waar we wel en niet langs moeten.
“Hee ruik je dat” … geit
De wind staat onze kant op en vanaf hoogte worden we weer in de gaten gehouden.
Na wat geklauter komen we uit in soort gebolde balzaal.
De natuurlijke belijning geeft duidelijk aan dat waar wij nu zitten, normaal gesproken onder water zou zijn.
Met uitzondering van wat modder waar mijn halve schoen in verdwijnt is er geen water.
Hier stopt voor ons het avontuur als we door willen hebben we touwen nodig, een steile waterval belet ons de doorgang, de diepte is……inderdaad te diep.
We zitten hier heerlijk in de schaduw en buiten het geluid van de insecten is het hier stil.
Je zou hier heerlijk kunnen overnachten, kampvuurtje in het midden, muskieten tentje mee…. Hoe romantisch zou dit kunnen zijn en stil want van enig bereik met een telefoon is hier geen sprake.
O ja vergeet ik het avondeten… nou barbecue mee en wat vlees.
De volgende dag wakker worden tussen de nieuwsgierige geiten….
We gaan terug, de kloof weer uit en dan rechts een gedeelte door de prachtige velden met steeds het imposante uitzicht op de enorme berg de Paleokastro.
Ik had een rondwandeling gezien terug naar de auto, helaas op de gps wordt het lijntje onderbroken maar ik weet zeker dat het in de praktijk gaat lukken en zo niet dan ben ik denk ik zwaar de pineut want dan is het 5,5 kilometer verder en dan alleen maar omhoog richting Mitata.
Tussen het hoog gelegen Mitata en het gebied richting Paliopoli stikt het van de paden en er komen er steeds nieuwe bij, onverhard gelukkig.
We gaan hier links en stiekem hou ik de vingers gekruist.
We komen langs een water bassin en bijenkasten en ineens herken ik de omgeving.
Yanis de Imker uit Mitata, zijn project.
Het grote bassin wat in de bodem gegraven is en voorzien is van een plastic laag vangt regenwater op voor de bijen want naast de bloemetjes kunnen de bijen niet overleven zonder water… veel water.
En dat is geen basiskennis van mij maar kennis opgelopen bij een bijenexcursie van de eerder besproken imker bij wie de bijen naast zijn familie op de tweede plaats komen en misschien wel de eerste!
Ik zie het pad van de heenweg liggen en ook een pad rechts terwijl we toch echt rechtdoor moeten.
We besluiten toch het dalende pad te nemen.
“Hee dit loopt dood op het veld beneden hoor!”
Ik kijk nog een keer maar zie geen pad wat aansluit op de heen route.
“Zou het niet rondlopen hoor ik achter mij”
We besluiten toch door te lopen als we op de akker uitkomen, een fruit akker.
“Grapefruits”
Wat?
“Dit is het fruit veldje van Yanis waar we de heerlijke rode Grapfruits gestolen hebben!”
Ik schiet in de lach, de vriendelijke imker zou eens moeten weten.
We draaien het veld door en ja hoor de aansluiting met de heenweg is er die wij nu in tegengestelde richting oplopen.
Het kan nu niet meer ver zijn en het mag ook niet meer ver zijn, de meegezeulde watervoorraad is bijna op.
Een kwartier later zien we het witte huurautootje staan.
“Jij mag al het resterende vocht hebben wat er nog is” vertel ik mijn vriendin.
In de wetenschap dat ik over nog geen drie minuten met mijn kop onder de zoetwater bron van Mitata hang!
“ I want 2 beer and 3 ouzo”
Ze lacht en daarna vraag ik om het ontbijt.
2 spiegeleieren, 2 jus, 1 koffie, 1 fraphe, een sandwich en 4 bussen met Griekse toeristen die waarschijnlijk weer vertrekken.
Nu al? Ja geen idee ik zag ze klaar staan met de koffers..
De rust lijkt wedergekeerd in het dorpje aan de kust, de mussen bedelen om het koekje wat ik bij de koffie krijg en in zee zie ik de vissen zwemmen.
Wat gaan we doen vandaag? Nou iets van een kloof in, althans en dat zeg ik er maar gelijk bij … proberen en ik ben er al geweest ….dus…
Via Fratsia rij ik richting Mitata en net voorbij de brug over de kloof zet ik de auto op een onverhard pad aan de kant.
Alles om en gaan maar weer.
Nu is er aan deze zijde van de brug een akkertje met fruitbomen, daar begint onze eerste poging om in de kloof te geraken, echter het muurtje waar we vanaf moeten is anderhalf keer mijn lengte.
Nu is dan niet zo een probleem maar als we straks niet verder kunnen in de kloof…. Kom ik er niet meer uit.
Ik loop het hele akkertje langs de kloof stroomopwaarts en begin lichtelijk geïrriteerd te raken…. Stopt het avontuur dan nu al?
We geven nog niet op want misschien is aan de andere zijde wel een mogelijkheid om in de kloof te geraken
We steken de brug over in de richting van Viaradika.
Na de brug gelijk rechts en ja hoor, direct rechts iets wat vroeger een pad was en ik zie zo waar de bedding van de rivier.
We laten ons zakken en staan onder de brug die veel hoger is dan hij lijkt als je erover gaat.
Een hoge boogbrug die ook nog eens mooi is, jammer dat van deze schoonheid van bovenaf niets terug te zien is door de vele begroeiing.
Ook is er nog een klein huisje te zien tegen de brug aangebouwd, of dit ooit een watermolen was of het huisje van de brugwachter?
We beginnen met goede moet stroomafwaarts.
Die moet wordt naar een tiental meters al wat minder, bamboe en dan overdwars, ja vraag mij niet waarom maar we moeten er echt doorheen.
Het is droge bamboe maar toch iets van 10 a 15 stokken die door de midden moeten om er door te kunnen, het lukt.
Het is nog redelijk te doen al zie ik alweer dat er een klein riviertje van bloed over mijn onderbeen gaat.
Weer struiken en afval veel afval, een slechte Griekse gewoonte om je afval maar gewoon in een kloof te dumpen.
We komen niet ver en maken rechtsomkeert als ik bedenk dat ik niet nog meer plasma wil verliezen.
Het is toch wel een inspanning geweest en om nu te zeggen dit was mooi, nee! Het zal verderop wel meer open worden maar met korte broek heb ik er echt geen zin in…… misschien iets voor een winter bewapent met een schaar.
De zon schijnt niet echt, het is iets van 25 graden maar het is benauwd, klam en terug op de brug zweten we enorm, zelfs mijn korte spijkerbroek wordt langzaam nat.
Kwart over elf, het is nog vroeg als we een pad nemen wat in eerste instantie evenwijdig met de kloof loopt richting het zuiden.
Het pad daalt heel langzaam en slingert dan weer van de kloof af en dan weer er naar toe.
Een andere mogelijkheid om in de kloof te geraken zien we niet.
Als we op het zelfde level zijn als de rivier kijk ik achterom… zou dat misschien….. ik hou wijs mijn mond want ik weet bij voorbaat het antwoordt al.
We kiezen een verkeerd pad en gaan deels weer terug.
Ik zoek de ingang van dezelfde rivier maar dan even stroomafwaarts
We zijn er al een aantal keren eerder geweest maar ik heb geen idee meer totdat ik het pad herken… kom op hierin.
Ja dit is m ik zie de fel gekleurde bloemen al in de kloof al staan.
We stappen de droge beding in en wandelen over de keitjes die langzaam aan plaats maken voor keien en tenslotte rotsblokken.
We kennen de weg en weten waar we wel en niet langs moeten.
“Hee ruik je dat” … geit
De wind staat onze kant op en vanaf hoogte worden we weer in de gaten gehouden.
Na wat geklauter komen we uit in soort gebolde balzaal.
De natuurlijke belijning geeft duidelijk aan dat waar wij nu zitten, normaal gesproken onder water zou zijn.
Met uitzondering van wat modder waar mijn halve schoen in verdwijnt is er geen water.
Hier stopt voor ons het avontuur als we door willen hebben we touwen nodig, een steile waterval belet ons de doorgang, de diepte is……inderdaad te diep.
We zitten hier heerlijk in de schaduw en buiten het geluid van de insecten is het hier stil.
Je zou hier heerlijk kunnen overnachten, kampvuurtje in het midden, muskieten tentje mee…. Hoe romantisch zou dit kunnen zijn en stil want van enig bereik met een telefoon is hier geen sprake.
O ja vergeet ik het avondeten… nou barbecue mee en wat vlees.
De volgende dag wakker worden tussen de nieuwsgierige geiten….
We gaan terug, de kloof weer uit en dan rechts een gedeelte door de prachtige velden met steeds het imposante uitzicht op de enorme berg de Paleokastro.
Ik had een rondwandeling gezien terug naar de auto, helaas op de gps wordt het lijntje onderbroken maar ik weet zeker dat het in de praktijk gaat lukken en zo niet dan ben ik denk ik zwaar de pineut want dan is het 5,5 kilometer verder en dan alleen maar omhoog richting Mitata.
Tussen het hoog gelegen Mitata en het gebied richting Paliopoli stikt het van de paden en er komen er steeds nieuwe bij, onverhard gelukkig.
We gaan hier links en stiekem hou ik de vingers gekruist.
We komen langs een water bassin en bijenkasten en ineens herken ik de omgeving.
Yanis de Imker uit Mitata, zijn project.
Het grote bassin wat in de bodem gegraven is en voorzien is van een plastic laag vangt regenwater op voor de bijen want naast de bloemetjes kunnen de bijen niet overleven zonder water… veel water.
En dat is geen basiskennis van mij maar kennis opgelopen bij een bijenexcursie van de eerder besproken imker bij wie de bijen naast zijn familie op de tweede plaats komen en misschien wel de eerste!
Ik zie het pad van de heenweg liggen en ook een pad rechts terwijl we toch echt rechtdoor moeten.
We besluiten toch het dalende pad te nemen.
“Hee dit loopt dood op het veld beneden hoor!”
Ik kijk nog een keer maar zie geen pad wat aansluit op de heen route.
“Zou het niet rondlopen hoor ik achter mij”
We besluiten toch door te lopen als we op de akker uitkomen, een fruit akker.
“Grapefruits”
Wat?
“Dit is het fruit veldje van Yanis waar we de heerlijke rode Grapfruits gestolen hebben!”
Ik schiet in de lach, de vriendelijke imker zou eens moeten weten.
We draaien het veld door en ja hoor de aansluiting met de heenweg is er die wij nu in tegengestelde richting oplopen.
Het kan nu niet meer ver zijn en het mag ook niet meer ver zijn, de meegezeulde watervoorraad is bijna op.
Een kwartier later zien we het witte huurautootje staan.
“Jij mag al het resterende vocht hebben wat er nog is” vertel ik mijn vriendin.
In de wetenschap dat ik over nog geen drie minuten met mijn kop onder de zoetwater bron van Mitata hang!