Sept08
#1
Ik sla links vanaf de hoofdweg richting de oude hoofdstad.
Deze weg slingert zich prachtig door het landschap richting de oost kust.
Plots moet ik volop in de rem, de auto glijd nog iets door over het losse grind.
Ik het wegdek zijn grote gaten ontstaan, waar men op andere plekken, waar overigens geen hond komt, nieuw asfalt heeft aangebracht doet men hier niets om toch wel de mooiste historische plek van het eiland, om het wegdek te onderhouden.
Ik rij voorzichtig verder de weg af die op het laatst nog steeds onverhard is.
Ja hallo! Wat wil je nu? Eerst loop je te zeuren dat je geen asfalt wilt en nu mopper je over het ontbreken ervan.
Klopt! Maar dit is een autoweg en geen voetpad, zou je als niet wetende automobilist hier lekker door de kuilen heen kachelen dan zou er zomaar schade aan het huurautootje kunnen ontstaan en denk maar niet dat je een wegbeheerder kunt vinden waar je je schade kunt claimen.
Langzaam rijden we verder en uiteindelijk parkeren we aan het einde van de weg op de parking, gelukkig is alles heel gebleven.
Het is nog steeds goed weer een graadje of 24 met mooie witte wolken boven ons.
De stilte wordt hier slechts verbroken door een groep grote kraaien die boven de spookstad rondcirkelen en een akelig gekrijs ten gehore brengen, een bijpassend plaatje.
Wat gaan we doen vandaag?
De kloof in, een paar afdalingen en dan rechts de ander kloof in.
Kijken hoever we komen en dan later nog een wandeling in de “stad”.
Allereerst maar richting Paleochora en vlak voor het binnentreden links een dalend pad in dat evenwijdig aan de kloof loopt, stroomopwaarts.
In de kloof lopen we stroomafwaarts, het is hier nog vrij vlak met kleine keitjes waarover het makkelijk lopen is.
Als we rechts het grote zwarte touw zien hangen wat weer uit de kloof omhoog gaat en ook het kerkje van de heilige Barbara zichtbaar is begint het avontuur.
Grote rotsblokken vormen speelse obstakels en het is telkens weer even puzzelen hoe we erover komen.
De eerste paar afdalingen via de aangebrachte kabels en steunen in de rotsen stellen weinig tot niets voor en hebben een hoogteverschil van slechts een paar meter.
Het is stil en indrukwekkend in de kloof, zoals altijd.
Rustgevend en weg van alle stress kun je hier heerlijk onthaasten.
Bij een volgende afdaling gaat toch de uitrusting even om, niet zozeer om het hoogte verschil maar ik kan me herinneren van de vorige keer dat mijn wandelmaatje vanwege haar geringe postuur niet makkelijk van het ene muuranker naar het andere kon komen.
Nu is het anders en is ze gezekerd via een tuigje en twee korte touwen.
Vanaf de onderkant kan ik zien wat ze doet en haar zo aanwijzingen geven waar haar voeten te plaatsen.
Zo we zijn al verder dan de vorige keer in het voorjaar.
De volgende afdalingen die we eerder met touwen gedaan hebben zijn iets lastiger maar toch geeft het tuigje je zekerheid en wordt zelfs mijn hoogtevrees overwonnen.
Als we doorlopen zie ik rechts de andere kloof door de bomen aansluiten op deze, althans dat denk ik op dat moment.
“Kom we gaan nog even verder en dan straks deze andere kloof in”.
De volgende afdaling wordt een serieuze beproeving, zeker voor mij!
Regelmatige lezers weten dat ik al hoogtevrees heb op een stoeprand.
Links van ons een diep gat, ik denk een meter of 10.
Alleen hier geen beugels!
Rechts in de wand zie ik wel de stalen kabels en even verderop in de diepte wat muurankers.
“Gaan we dit doen vraag ik”
Twee tellen later sta ik gezekerd aan de rotswand en kijk over mijn schouder in de diepte, gek genoeg voel ik geen angst, geen trillende hand en ook de geur van het angstzweet ontbreekt.
In de wand zet ik mijn voeten neer op stukjes uitstekend rots en kuiltjes in de wand.
Telkens weer clip ik de twee korte touwen in de stalen kabels, mijn vriendin volgt behoedzaam.
Het is erg leuk om te doen al moet je wel in je achterhoofd houden dat je ook bekijkt of je weer terug kunt klimmen en dat klinkt logisch maar dat is het niet.
De Klettersteig zoals de route is gemaakt om van boven naar beneden te gaan en niet vice versa.
Daar voor zijn de tussen punten van de staalkabels te groot.
Bij de zesde afdaling is dit het geval, als ik al een stuk hang hoor ik boven mij “dit gaan we niet doen”.
Even schiet ik in de lach, volgens mij ben ik hier toch degene die dat hoort te zeggen?
Ze heeft echter de steile afdaling bekeken en heeft gelijk, naar beneden dat gaat maar weer omhoog gaat niet door de gladde stenen, er zijn geen mogelijk heden om je vast te grijpen om weer omhoog te klimmen.
Aan de staalkabels heb je niets die lopen te stijl waardoor het gezekerde touw achter je bungelt.
Stoppen dus.
Is dit een deceptie?
Een wat?
Teleurstelling of reden tot humeurverlies?
Nee hoor we gaan gewoon terug en dan de andere kloof in.
Hetzelfde traject terug gaat makkelijk al vergt een beklimming wel wat aandacht maar goed we komen bij de splitsing met de andere kloof.
Dat denk ik, want als ik deze inloop gaat het steil omhoog en dat kan niet.
Als ik boven ben schrik ik een beetje want in de diepte zie ik de andere kloof, wel drie keer dieper dan degene waar we net uitkomen, ik denk hier klopt iets niet.
Terug moet ik glijdend naar beneden, het gevallen blad is spekglad en voordat ik voorover kukel laat ik mij om mijn kont glijden.
In de kloof pak ik mijn telefoon erbij om te kijken wat onze locatie is.
Het bereik is nul, nul….. maar toch geeft de wat simpele gps die vaak in telefoons aanwezig is dat we hier op de splitsing zijn van de twee kloven.
Het klopt niet, het kan niet.
Die gedachte houd mij de rest van de dag bezig, die andere kloof ben ik een andere keer aI geweest en weet zeker dat het water op deze moet uitkomen, ook mede gezien het feit dat de watervallen zo stroomde, vanavond maar even kijken hoe de opgeslagen gps track van mijn horloge eruit ziet.
We gaan weer verder, terug door de kloof richting Paleochora.
“Hee heb je nou in je broek gescheten”
Hoor ik achter mij…
Ik heb nog geen angst gehad dus dan zou het onbewust moeten zijn gebeurd.
O née wacht, dat is natuurlijk gekomen van het glijden over de bladeren.
De verdere wandeling door de kloof verloopt goed, geen geit gezien, geen mens tegengekomen.
De korte wandeling door de oude hoofdstad is altijd mooi en indrukwekkend, de gedachte dat hier ooit mensen hebben kunnen leven blijft bijzonder.
Pelagia het dorpje aan de oostkust is verlaten, de diverse restaurants zijn al aan het opruimen en de keuze om ergens te gaan eten wordt beperkt.
We zitten heerlijk te genieten van een drankje als er een ouder echtpaar het terras betreedt.
Het is even zoeken waar ze kunnen zitten want er is plek zat.
Het duurt de dame iets te lang voordat ze bediend wordt en komt op ons af met de vraag “ is it selfservice” en even heb ik het voornemen  en dreig ja te zeggen maar doe het niet.
“ no but she will be with you in a moment”.
De vrouw is wat geïrriteerd en straalt dit ook duidelijk uit.
Ik hoor haar mopperen tegen haar man over alles wat niet goed is.
Ze hebben denk ik een weekje Kythira geboekt en zijn niet echt op de hoogte van het einde van het seizoen waarin iedereen langzaam aan het afbouwen is en 1 oktober meestal de datum is om te sluiten.
Als de dame even uit het beeld verdwijnt vraag ik het heerschap waar hij vandaan komt.
“Breda” o Hollanders….. vandaar het gezeur.
Ook hij begint erover dat het te warm is, 22 graden is geen temperatuur om te wandelen, ik denk mond houden.
De zee is te koud, te veel keien op het strand van Komponada….. etc etc.
Hij heeft duidelijk de knop nog niet omgezet, of weet m gewoon nog niet te vinden.
Terug in Potamos loop ik langs het Astikon, de grote kroeg nabij het plein.
Buiten zit Alexis, de kano- en klovengids van Pyrgos House.
Hij is druk met zijn telefoon, dus ik loop het eerst voorbij en blijf dan staan.
Als hij de rugzakken ziet waaraan het klim tuig hangt zegt hij: “ ahhh you have been active today?”
En ik leg hem uit dat we de Kaki Lagada voor een deel afgedaald zijn.
Hij vraagt ons of we tot op het strand gekomen zijn en ik leg hem uit dat we vorige keer geprobeerd hebben vanaf de zeezijde omhoog te komen maar dat er geen kabels en beugels hingen.
Maar hij zweert bij hoog en bij laag dat het wel zo is, dus ik leg hem uit hoe we gelopen zijn.
We hadden helemaal de kloof niet in gemoeten zegt hij, er blijkt een ander pad te lopen dat in het begin helemaal de kloof niet ingaat, dat verklaard dus weer een hoop.
Volgende keer dus maar weer met hem mee.
Blijft het mysterie van die ene kloof over die niet aansluit op de ander, dus bij thuiskomst de gps gegevens van het horloge laden op de digitale kaart.
En wat blijkt….de telefoon zat er zo een 75 meter naast, hadden we nog een afdaling gedaan dan hadden we bij de juiste afslag gestaan.
Deceptie? Nee hoor volgende keer beter!
Quote


Ga naar forum:


Gebruikers die deze discussie lezen: 1 gast(en)