22 September 2023, 19:52
Om even voor de klok van 10 staan we op de parking onder de grote klok van Karavas.
Vandaag een groepswandeling van uit Diakouplianika met louter Hollanders, Braboos en Gruningers. Wordt dat gezellig? Ik weet t wel zeker.
Via de trappen gaan we Karavas in en even later er weer uit, als we het dorp naderen staat net om de hoek de organisatie al enthousiast te zwaaien.
Het terras van het huisje met werkelijk het mooiste uitzicht van het noorden van Kythira is al gevuld met de overige deelnemers, 9 personen, ja natuurlijk van verschillende geslachten, maar goed je moet tegenwoordig wel uitkijken wat je schrijft voordat je de een of andere organisatie over je heen krijgt, dus laten we maar gewoon schrijven wandelaars.
De koffie staat te dampen en de koekjes van de bakker in Karavas smaken zoals ze kraken.
Eigenlijk wil ik gewoon niet weg, nee hoor als ze mij hier de hele dag achterlaten vind ik het ook prima, zeg me alleen waar de koelkast staat voor een biertje en ik kan de hele dag genieten van het uitzicht en de diverse dieren die hier voorbij trekken.
“Maar Jaap wat dacht jij ervan wat gaan we doen” vraagt onze vriendelijke gids van vandaag.
Het maakt mij niet uit maar ik wil nu toch eindelijk wel eens die grot zien waar we het al een paar keer over gehad hebben en ik tot bloedens toe naar op zoek ben geweest.
Het duurt even maar dan komt de groep in beweging en gaan we het dal in richting de bron van Keramari.
Van af daar loopt er rechts een pad omhoog, dat weet ik maar ik heb nooit en te never die grot kunnen vinden.
“Nico geef effe die snoeischaar!” En voor ik het weet zit ik in het team van de plantsoenendienst en loop vlijmscherpe struiken weg te knippen.
“Nee Jaap hier ga eh nie “ het Brabants is een taaltje wat snel went.
Ik begrijp dat we niet verder gaan, dan toch dat eerste pad, nee toch niet.
Dus wel te begrijpen dat ik het de vorige keer ook niet kon vinden maar na het knippen van wat struiken loop ik terug om de rest van de groep op te halen.
Verscholen in de heuvel is een klein grot zichtbaar, de grot van Arabb.
De ingang is vrij klein maar binnen zijn er twee kamers of vertrekken te onderscheiden.
Minoisch krijg ik te horen, waarschijnlijk eerst een grafkamer en later gebruikt als woonplaats.
Een uitstekende schuilplaats die nog steeds moeilijk blijkt te vinden en een goede bescherming bied tegen allerlei weersinvloeden.
Als iedereen een rondje grot gedaan heeft dalen we weer terug richting de bron en bekijkt een ieder de schade aan de benen.
Even tijd voor een korte pauze, waarvan een deel van de wandelaars ook normaliter de danslessen op het eiland volgt even een korte repetitie houd, een met en een zonder muzikale begeleiding.
Als bij diegene het kraakbeen weer allemaal op de juiste plaats zit gaan we verder.
We volgen het kabbelende beekje richting Amir Ali.
Onderweg bezoeken we een oude watermolen en een hoger gelegen huis waar met een grote zekerheid vleermuizen zouden zitten.
Helaas de bloedzuigende muizen blijken te zijn vertrokken.
Terug bij de Beek volgt een volgend bezoek aan een ander groot huis of eigenlijk meerdere genummerde huizen die alle in slechte staat verkeren en waar eigenlijk alleen de buitenmuren nog van staan maar toch blijft het een indrukkend bouwwerk, een klein dorpje aan de rivier, daar waar eigenlijk twee stromen samenkomen.
Via de bekende eenden komen we uit bij de bar van Amir Ali.
“Effe wat drinken” het duurt even voordat bij iedereen het kwartje valt maar we lopen het terras op.
Als ik de ober vraag of we ergens mogen gaan zitten kijkt hij niet echt vrolijk maar goed het mag.
Bier, cola en water en de ober gaat ondertussen door met opruimen en sjouwt de tafels naar een hogergelegen plateau.
Hij gaat waarschijnlijk dicht, er zullen te weinig klanten zijn om de boel draaiende te houden.
Na de pauze volgt de pittige klim naar boven en vervolgen we het mooie pad richting de oost kust.
Dalen af naar het dal en nemen een pauze bij een waterbron waar druppelsgewijs slecht een flesje wordt gevuld.
Rustpauze nr 3 waar het gesprek voornamelijk gaat over de zeiknatte t-shirts als gevolg van de warme dag van vandaag.
Dan klimmen we omhoog naar het schoenendorp, een pittige klim die ik eerder al beschreven had.
In het dorp zelf bezoeken we de leegstaande huizen, enorme huizen met een pracht uitzicht, mooie mozaïek vloeren en verscholen plafonds.
Na het dorp volgt de vraag wat we verder gaan doen en verteld de gids wat de mogelijkheden zijn.
Er zijn vier mogelijkheden en 9 personen, we houden rekening met de wil van een ieder en besluiten via een kleine lus terug te keren naar Karavas.
Dat duurt een klein uurtje maar door de warmte en het ontbreken van enige verkoeling blijkt dat toch wel een aardige inspanning.
Een schaduwplek onder een boom blijkt een oase.
De laatste stop is op het terras van het enige restaurant in Karavas.
De koude Mamos voelt als een welkome verademing na het laatste warme stuk.
Ondertussen verschijnen er bijeneters hoog in de lucht, die zo snel als ze komen weer verdwenen zijn.
Ook duiven blijken hier in grote getallen rond te vliegen maar eigenlijk is er maar een heer en meester in dit gebied.
Een enorme arend klapwiekt langzaam op de warme lagen boven het dal op zoek naar een prooi.
Als hij aan de overzijde van het dal op een tak zit zie ik de veren vliegen, lunch….
Waarschijnlijk een duif want een muis met veren…..
Dan gaat het gesprek nog even over het feest van morgen, het schijnt extra groots te zijn omdat er ook speciale relikwieën over komen naar het eiland.
Iets met geschenken die Jesus gekregen had bij zijn geboorte.
Ik heb geen idee wat het wezen moet, zal geen rammelaar of een vogeltje aan een trek veertje zijn, we horen het wel
Goed Femke en Nico nogmaals bedankt voor de o zo bekende Brabantse gezelligheid en tot gauw!
Vandaag een groepswandeling van uit Diakouplianika met louter Hollanders, Braboos en Gruningers. Wordt dat gezellig? Ik weet t wel zeker.
Via de trappen gaan we Karavas in en even later er weer uit, als we het dorp naderen staat net om de hoek de organisatie al enthousiast te zwaaien.
Het terras van het huisje met werkelijk het mooiste uitzicht van het noorden van Kythira is al gevuld met de overige deelnemers, 9 personen, ja natuurlijk van verschillende geslachten, maar goed je moet tegenwoordig wel uitkijken wat je schrijft voordat je de een of andere organisatie over je heen krijgt, dus laten we maar gewoon schrijven wandelaars.
De koffie staat te dampen en de koekjes van de bakker in Karavas smaken zoals ze kraken.
Eigenlijk wil ik gewoon niet weg, nee hoor als ze mij hier de hele dag achterlaten vind ik het ook prima, zeg me alleen waar de koelkast staat voor een biertje en ik kan de hele dag genieten van het uitzicht en de diverse dieren die hier voorbij trekken.
“Maar Jaap wat dacht jij ervan wat gaan we doen” vraagt onze vriendelijke gids van vandaag.
Het maakt mij niet uit maar ik wil nu toch eindelijk wel eens die grot zien waar we het al een paar keer over gehad hebben en ik tot bloedens toe naar op zoek ben geweest.
Het duurt even maar dan komt de groep in beweging en gaan we het dal in richting de bron van Keramari.
Van af daar loopt er rechts een pad omhoog, dat weet ik maar ik heb nooit en te never die grot kunnen vinden.
“Nico geef effe die snoeischaar!” En voor ik het weet zit ik in het team van de plantsoenendienst en loop vlijmscherpe struiken weg te knippen.
“Nee Jaap hier ga eh nie “ het Brabants is een taaltje wat snel went.
Ik begrijp dat we niet verder gaan, dan toch dat eerste pad, nee toch niet.
Dus wel te begrijpen dat ik het de vorige keer ook niet kon vinden maar na het knippen van wat struiken loop ik terug om de rest van de groep op te halen.
Verscholen in de heuvel is een klein grot zichtbaar, de grot van Arabb.
De ingang is vrij klein maar binnen zijn er twee kamers of vertrekken te onderscheiden.
Minoisch krijg ik te horen, waarschijnlijk eerst een grafkamer en later gebruikt als woonplaats.
Een uitstekende schuilplaats die nog steeds moeilijk blijkt te vinden en een goede bescherming bied tegen allerlei weersinvloeden.
Als iedereen een rondje grot gedaan heeft dalen we weer terug richting de bron en bekijkt een ieder de schade aan de benen.
Even tijd voor een korte pauze, waarvan een deel van de wandelaars ook normaliter de danslessen op het eiland volgt even een korte repetitie houd, een met en een zonder muzikale begeleiding.
Als bij diegene het kraakbeen weer allemaal op de juiste plaats zit gaan we verder.
We volgen het kabbelende beekje richting Amir Ali.
Onderweg bezoeken we een oude watermolen en een hoger gelegen huis waar met een grote zekerheid vleermuizen zouden zitten.
Helaas de bloedzuigende muizen blijken te zijn vertrokken.
Terug bij de Beek volgt een volgend bezoek aan een ander groot huis of eigenlijk meerdere genummerde huizen die alle in slechte staat verkeren en waar eigenlijk alleen de buitenmuren nog van staan maar toch blijft het een indrukkend bouwwerk, een klein dorpje aan de rivier, daar waar eigenlijk twee stromen samenkomen.
Via de bekende eenden komen we uit bij de bar van Amir Ali.
“Effe wat drinken” het duurt even voordat bij iedereen het kwartje valt maar we lopen het terras op.
Als ik de ober vraag of we ergens mogen gaan zitten kijkt hij niet echt vrolijk maar goed het mag.
Bier, cola en water en de ober gaat ondertussen door met opruimen en sjouwt de tafels naar een hogergelegen plateau.
Hij gaat waarschijnlijk dicht, er zullen te weinig klanten zijn om de boel draaiende te houden.
Na de pauze volgt de pittige klim naar boven en vervolgen we het mooie pad richting de oost kust.
Dalen af naar het dal en nemen een pauze bij een waterbron waar druppelsgewijs slecht een flesje wordt gevuld.
Rustpauze nr 3 waar het gesprek voornamelijk gaat over de zeiknatte t-shirts als gevolg van de warme dag van vandaag.
Dan klimmen we omhoog naar het schoenendorp, een pittige klim die ik eerder al beschreven had.
In het dorp zelf bezoeken we de leegstaande huizen, enorme huizen met een pracht uitzicht, mooie mozaïek vloeren en verscholen plafonds.
Na het dorp volgt de vraag wat we verder gaan doen en verteld de gids wat de mogelijkheden zijn.
Er zijn vier mogelijkheden en 9 personen, we houden rekening met de wil van een ieder en besluiten via een kleine lus terug te keren naar Karavas.
Dat duurt een klein uurtje maar door de warmte en het ontbreken van enige verkoeling blijkt dat toch wel een aardige inspanning.
Een schaduwplek onder een boom blijkt een oase.
De laatste stop is op het terras van het enige restaurant in Karavas.
De koude Mamos voelt als een welkome verademing na het laatste warme stuk.
Ondertussen verschijnen er bijeneters hoog in de lucht, die zo snel als ze komen weer verdwenen zijn.
Ook duiven blijken hier in grote getallen rond te vliegen maar eigenlijk is er maar een heer en meester in dit gebied.
Een enorme arend klapwiekt langzaam op de warme lagen boven het dal op zoek naar een prooi.
Als hij aan de overzijde van het dal op een tak zit zie ik de veren vliegen, lunch….
Waarschijnlijk een duif want een muis met veren…..
Dan gaat het gesprek nog even over het feest van morgen, het schijnt extra groots te zijn omdat er ook speciale relikwieën over komen naar het eiland.
Iets met geschenken die Jesus gekregen had bij zijn geboorte.
Ik heb geen idee wat het wezen moet, zal geen rammelaar of een vogeltje aan een trek veertje zijn, we horen het wel
Goed Femke en Nico nogmaals bedankt voor de o zo bekende Brabantse gezelligheid en tot gauw!